Met vrouwelijke en mannelijke communicatie de verkiezingen winnen?
Vrouwelijke en mannelijke manieren van communiceren hebben niks met vrouwen of mannen te maken.
Dat onze Nederlandse minister-president Mark Rutte voornamelijk op een vrouwelijke manier communiceert, past in de Nederlandse communicatiecultuur.
Hier is de relatie met gesprekspartners minstens zo belangrijk is als het gespreksonderwerp zelf. Met het gevaar, dat alles tot in den treure wordt doorgesproken en ‘uitgepolderd’.
Een mannelijke manier van communiceren heeft bepaalde consequenties: dit is een van de redenen waarom Ruttes onderhandelingen na het tragische ongeval met de MH17 zo vruchteloos zijn verlopen. Rutte, met zijn virtuoze vrouwelijke manier van communiceren, had niets in te brengen tegen de zeer mannelijk communicerende Poetin. Deze misser heeft de verkiezingscampagne van Rutte schade toegebracht. Jammer, dat er voor de verkiezingen in maart geen ontmoeting met Trump op stapel staat. Want zeker in relatie tot Washington is een mannelijke vorm van communicatie momenteel onontkoombaar.
Angela Merkel daarentegen prefereert een mannelijke manier van spreken, zoals korte zinnen en ferme taal. Net alsof er achter elke zin een uitroepteken staat.
Dankzij Merkels mannelijke manier van communiceren voelde Duitsland zich lange tijd veilig. Maar nu zit Duitsland in een overgangsfase van ‘Wir schaffen das’ naar een nieuw en spannend(er) Duitsland. SPD-kandidaat Martin Schulz heeft nog geen resultaten geboekt, maar zorgt wel voor een frisse wind in de verkiezingscampagne. Wat daarvan uitvoerbaar is als bondskanselier, is een ander verhaal. Maar feit is dat de SPD, sinds de partij aankondigde een gooi naar het kanselierschap te willen doen, de meest succesvolle kandidaat sinds twintig jaar is.
Het omgekeerde cultuurprincipe: vrijheid en stelligheid
De zin “U kent mij”, die Merkel naar haar derde regeringsperiode leidde, is uit de mond van Rutte moeilijk voor te stellen. Maar het kan juist deze ‘stem van het gezond verstand’ zijn, die een Kabinet Rutte III in het zadel helpt. Meer stelligheid in de zin van betrouwbaarheid in het nemen van beslissingen, in een cultuur, die vrijheid en flexibiliteit hoog in het vaandel heeft staan.
Merkel: met beide voeten op de grond, de rots in de branding van Duitsers, die houden van tradities en daardoor vaak een weinig flexibele indruk maken. Het valt hen zwaar de raad van haar lievelingsdichter Hermann Hesse op te volgen: “Alleen wie bereid is te vertrekken en te reizen, kan zich aan de verlammende sleur ontrukken”.
Dat tijdens de komende verkiezingen elk land juist met de manier van communiceren van het andere land succesvol kan zijn, maakt het intercultureel tegelijkertijd spannend en moeilijk. Duitsland heeft precies die frisse wind nodig waar Merkel tevergeefs naar zoekt en die Martin Schulz lijkt te hebben. Nederland heeft ‘onwrikbare, rotsvaste’ besluiten nodig, waar niets aan veranderd wordt (en waarvan de nekharen van Nederlanders meestal rechtovereind gaan staan). Minder nieuwe dingen, meer ‘rust in de tent’.
Merkel en Rutte vertegenwoordigen beide het conservatieve kamp. In beide landen zijn populistische stemmen fors toegenomen, rechts-populistische partijen ondermijnen de conservatieve vleugel. Om nog voor een derde (Rutte) of vierde (Merkel) ambtstermijn in aanmerking te komen, zal meer nodig zijn dan het ‘Doe maar normaal’ van Rutte of Merkels ‘Wir schaffen das’.
De auteur mag haar stem uitbrengen in beide landen. Ze zal haar stemrecht zeker in beide landen laten gelden en weet al precies, waar ze op gaat stemmen.